Inloggen

Archief

Proef vrijwillig delen verlof

De rijksoverheid start een proef met het vrijwillig delen van bovenwettelijke verlofdagen. Werknemers bij het Rijk die bovenwettelijke dagen over hebben kunnen op die manier kunnen collega’s helpen die tijd nodig hebben voor bijvoorbeeld mantelzorg.
Het delen van verlofdagen is wettelijk al mogelijk maar gebeurt in de praktijk nog maar weinig. Met deze proef wil de rijksoverheid het goede voorbeeld geven in de hoop dat meer werkgevers zullen volgen. Uitgangspunt van het delen van verlof is dat het vrijwillig gebeurt, een werkgever mag in geen geval werknemers dwingen verlofdagen af te staan. Bovendien geldt het alleen voor bovenwettelijke verlofdagen. Dat betekent dat alle werknemers in alle gevallen recht blijven houden op het wettelijk aantal verlofdagen. De verlofdagen kunnen gebruikt worden voor collega’s die tijdelijk te maken krijgen met intensieve zorgtaken, zoals mantelzorg voor ouder, partner, kind of iemand in de sociale omgeving die hulp nodig heeft. Voor dergelijke taken is al kort en langdurend zorgverlof mogelijk maar in een onverwachte zorgsituaties schieten die mogelijkheden soms tekort. Uit cijfers van de Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat 30% van de werkende mantelzorgers af en toe een vakantiedag inzet om zorg te kunnen bieden, terwijl zij de vrije dagen juist goed kunnen gebruiken om tot rust te komen. Bovendien meldt 2% van de werkende mantelzorgers zich een of meerdere keren per jaar ziek om te kunnen mantelzorgen. Vrijwillig schenken van verlof kan bijvoorbeeld voorkomen dat een collega langdurig uitvalt vanwege gezondheidsklachten of dat het werk er onder lijdt. Bij de gemeente Amsterdam zijn al ervaringen opgedaan met het vrijwillig delen van verlofdagen. In 2015 schonken 87 ambtenaren in totaal 170 verlofdagen aan 43 mantelzorgende collega’s. De gemeente heeft inmiddels besloten het systeem definitief in te voeren. De proef bij het Rijk wordt de komende tijd uitgewerkt met het ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK). Met vakbonden en medezeggenschaporganen wordt overlegd hoe de regeling vorm te geven. SZW is ook in gesprek met een koepel van 176 mantelzorgvriendelijke organisaties om een beweging onder werkgevers in gang te zetten. Bron: Min SZW 26-05-2016

Minder uitzenduren, nog lichte stijging kortlopende contracten

In het eerste kwartaal van 2016 daalde het totaal aantal uitzenduren met 1,5% ten opzichte van het kwartaal ervoor. Dit is de eerste daling in bijna drie jaar tijd. De daling is te wijten aan een afname in de uren van de langlopende uitzendcontracten. Het aantal uren in kortlopende contracten neemt daarentegen licht toe.
In het eerste kwartaal daalde het aantal uitzenduren in langlopende contracten zoals detachering en payrolling met 3,0%. De afgelopen vier jaar nam dit aantal nog onafgebroken toe. Het aantal uren in kortlopende contracten steeg wel, namelijk met 0,4%, maar dat is ook minder dan een kwartaal eerder (1,9%). De ontwikkeling van de kortlopende uren loopt doorgaans voor op die van de rest van de arbeidsmarkt. Op 13 mei maakte CBS al bekend dat het aantal banen in het eerste kwartaal van 2016 met 12.000 is afgenomen. Het aantal uitzendbanen daalde met 2.000. Daarentegen steeg het aantal vacatures in het eerste kwartaal met bijna 8.000 en daalde het aantal werklozen met 24.000. Bron: CBS 31-05-2016

Concurrentie op spoor dichterbij

Eind april hebben de Raad van Europese transportministers, de Europese Commissie en het Europees Parlement een principeakkoord bereikt over het Vierde Spoorpakket. Dit pakket bevat maatregelen om het binnenlandse reizigersvervoer per spoor eind 2019 open te stellen voor concurrentie. Goederenvervoer en internationaal reizigersvervoer waren eerder al geliberaliseerd.
Kern van het pakket is dat ook voor binnenlands spoorvervoer aanbesteding de norm wordt. Onderhandse gunning (inbesteding) van deze openbaredienstcontracten blijft mogelijk op basis van een aantal uitzonderingen. Onderhandse gunning mag als ‘de structuur en de geografische kenmerken van de markt en het net dat rechtvaardigen’ en als dit ‘de kwaliteit en/of de kostenefficiëntie van de diensten verbetert’, aldus het standpunt van de raad uit oktober 2015. Argument van de transportministers daarvoor is dat zij op deze manier de continuïteit van treindiensten willen verzekeren. Daarbij komt het zeker voor een aantal ministers goed uit dat de positie van de nationale spoorvervoerders zo nog enigszins kan worden beschermd. Wel worden er eisen gesteld aan dergelijke inbestedingen. Het mag voor maximaal tien jaar en er moeten argumenten op tafel komen waarom het niet anders kan. Bovendien gaat de nationale toezichthouder – in Nederland de Autoriteit Consument en Markt – erop toezien dat er marktconform wordt gewerkt. Bron: SC Online, 24-12-2016

Zzp’ er heeft minder vaak burn-outklachten

Zzp'ers ervaren minder werkdruk en hebben minder vaak burn-outklachten dan werknemers. Dat blijkt uit een gezamenlijke studie van onderzoeksbureau TNO en het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Ruim 7 procent van de zelfstandigen zonder personeel voelt zich ten minste enkele keren per maand opgebrand door het werk. Onder werknemers is dat ruim twee keer zo veel. Zzp'ers draaien door de bank genomen wel meer uren: zo'n 36 per week tegen 30 uur voor werknemers. Zelfstandige ondernemers hebben echter meer mogelijkheden om zelf hun tijd in te delen. Verder blijkt dat de ondernemers over het algemeen meer bevlogen zijn in hun werkzaamheden. Bijna 75 procent stelt regelmatig helemaal op te gaan in hun werk; van de werknemers is dat ruim 60 procent. Zelfstandigen voelen zich doorgaans ook fitter en sterker tijdens het werk. En ze vinden hun baan over het algemeen wat gevarieerder dan mensen die in loondienst zijn. Tegenover dit alles staat dat zzp'ers wel vaker zeggen dat ze niet gemakkelijk kunnen voldoen aan de fysieke eisen die hun werk aan hen stelt. Deze zwaardere fysieke belasting geldt vooral voor zelfstandigen in de (land)bouw en de industrie. TNO en het CBS baseren hun conclusies op onderzoek onder een kleine 5000 zelfstandigen en bijna 38.000 werknemers. In de studie zijn ook zzp'ers meegenomen die niet geheel naar eigen keuze zelfstandige zijn geworden, bijvoorbeeld omdat ze bij hun vorige werkgever werden ontslagen en geen andere nieuwe baan konden vinden. Bron: CBS 24-05-2016

Aantal klokkenluiders blijft toenemen

Vorig jaar was het derde jaar op een rij waarin het aantal klokkenluiderszaken is gegroeid, nu met 32 procent. Dit blijkt uit het jaarverslag van het Adviespunt Klokkenluiders. Het is het laatste, want het Adviespunt gaat op in het nieuwe Huis voor Klokkenluiders. Dat kan ook onderzoeken instellen.
Het jaarverslag werd op 11 april overhandigd aan minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het was een drukbezochte bijeenkomst, waar ook klokkenluiders zelf het woord voerden. De meeste klokkenluiders die zich bij het Adviespunt aandienen werken in de zorg. Vaak ondervinden ze al negatieve gevolgen van wat ze te zeggen hebben. Een kwart zet de officiële meldprocedure uiteindelijk niet door. Het verslag noemt het positief dat zij steeds vaker in een vroeg stadium advies inwinnen, want dat verkleint de kans op een negatieve afloop. Erkenning is belangrijk voor een goede verwerking van het proces dat klokkenluiders doormaken. Het nieuwe Huis voor Klokkenluiders heeft de bevoegdheid om onderzoek in te stellen naar wat zij te melden hebben. Ook begeleidt het klokkenluiders en ziet het erop toe dat ze niet worden benadeeld. Die twee zaken zijn intern gescheiden. Bron: Inzicht in de OR, 20-05-2016

© lArcade 2024