Een algemeen geformuleerde machtiging volstaat voor hoger beroep over proceskosten
bij WOZ-zaken. Ook bij een no-cure-no-pay-afspraak is procesbelang aanwezig. Algemeen geformuleerde machtiging Het hof oordeelt dat een algemeen geformuleerde machtiging, die ziet op alle lokale
belastingzaken, voldoende is om ook hoger beroep in te stellen over nevenbeslissingen
zoals de proceskostenvergoeding. Het hof verwijst naar recente rechtspraak van de
Hoge Raad en stelt dat het ontbreken van een specifiek op hoger beroep gerichte machtiging
géén beletsel vormt. Ook is er procesbelang, zelfs als de gemachtigde op basis van
no-cure-no-pay werkt en de woningbezitter zelf geen direct financieel voordeel heeft.
Het enkele feit dat de vergoeding aan de gemachtigde toekomt, doet daar niet aan af. Proceskostenvergoeding en wegingsfactor De rechtbank heeft terecht een proceskostenvergoeding toegekend wegens schending van
de toezendplicht. Het hof bevestigt dat de inspecteur de gevraagde stukken (KOUDV-
en liggingsfactoren) had moeten toezenden. Voor de hoogte van de vergoeding geldt
dat het hof uitgaat van een gemiddelde wegingsfactor (1) en een hogere waarde per
punt, conform recente jurisprudentie van de Hoge Raad. De inspecteur moet daarom een
hogere proceskostenvergoeding betalen dan de rechtbank eerder had toegekend. Bron: hof Den Bosch 09-04-25 (gepubl. 02-07-25).
Een woningbezitter maakt bezwaar tegen de WOZ-beschikking en de aanslag onroerendezaakbelasting
voor het jaar 2020. De inspecteur verklaart het bezwaar ongegrond. In beroep bij de
rechtbank krijgt de woningbezitter geen gelijk over de WOZ-waarde, maar de rechtbank
kent wél een proceskostenvergoeding toe vanwege schending van de toezendplicht uit
art. 40 lid 2 Wet WOZ. Zowel de woningbezitter (vertegenwoordigd door een gemachtigde
op basis van no-cure-no-pay) als de inspecteur gaan in hoger beroep bij het gerechtshof
’s-Hertogenbosch. De discussie spitst zich toe op de vraag of de machtiging van de
gemachtigde toereikend is en of er procesbelang is, nu het alleen nog gaat om de proceskostenvergoeding.