In 2022 stegen de cao-lonen met 3,2 procent ten opzichte van 2021, de grootste toename
sinds 2008. De inflatie was flink hoger. In de bedrijfstak onderwijs was de loonstijging
het grootst. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers. In het laatste kwartaal van 2022 waren de cao-lonen 3,6 procent hoger dan in hetzelfde
kwartaal een jaar eerder. Dit is de grootste cao-loonstijging in twintig jaar. De ontwikkeling van de consumentenprijzen (cpi) is 10 januari bekend, maar deze zal
ruim boven die van de cao-lonen liggen. In de eerste elf maanden van 2022 was de gemiddelde
toename van de cpi 10,0 procent. Daarmee is de reële cao-loonontwikkeling (de cao-loonontwikkeling
gecorrigeerd voor inflatie) rond de -6 procent in 2022. Sinds de start van de publicatie
van deze jaarcijfers in 1973 is zo’n groot verschil tussen cao-loonstijging en inflatieontwikkeling
nog niet voorgekomen. Grootste stijging bij sector overheid In 2022 stegen de lonen het meest bij de sector overheid; met 4,1 procent. In de sector
gesubsidieerde instellingen en de sector particuliere bedrijven namen de lonen toe
met respectievelijk 3,3 en 3,0 procent. Vorig jaar had de sector overheid nog de kleinste
loonstijging (1,9 procent). Grootste loonstijging in bedrijfstak onderwijs Op het niveau van bedrijfstakken stegen de lonen in 2022 met 5,2 procent het meest
in het onderwijs. In het vierde kwartaal is de loonontwikkeling opgelopen naar 7,0
procent. De stijging in het onderwijs komt onder andere doordat dit jaar de lonen
in het primair en het voortgezet onderwijs gelijkgetrokken zijn. De bedrijfstak vervoer en opslag (4,6 procent) is de tweede grootste stijger in 2022.
In de bedrijfstakken landbouw, bosbouw en visserij en energievoorziening stegen de
lonen het minst met respectievelijk 2,0 en 2,2 procent. Contractuele loonkosten met 3,6 procent gestegen De contractuele loonkosten; de cao-lonen plus werkgeverspremies, stegen met 3,6 procent
in 2022 ten opzichte van een jaar eerder. Per kwartaal namen de loonkosten toe; in
het vierde kwartaal was de toename van de loonkosten 4,9 procent. Hiermee ligt de
ontwikkeling van de contractuele loonkosten hoger dan die van de cao-lonen. De vergelijking
met het laatste kwartaal vorig jaar valt hoger uit, omdat van augustus tot en met
december 2021 de WW-premie tijdelijk werd verlaagd. Daartegenover staat dat de werkgeversheffing
Zorgverzekeringswet (Zvw) in 2022 is verlaagd ten opzichte van 2021. Per 1 januari 2023 speelt de cao-loonontwikkeling een rol bij het vaststellen van
de maximaal toegestane huurverhoging in de vrije sector. Bron: CBS, 4 januari 2023