Nederland mag de pensioenuitkeringen van een oud-apotheker uit België belasten; het
hof verlaagt de belastingrente voor 2019 door een onzorgvuldigheid van de inspecteur. Een oud-apotheker woont sinds 1993 in België. Hij ontvangt AOW en pensioenuitkeringen
van een Nederlands pensioenfonds en van een polis bij Nationale-Nederlanden. Over
de jaren 2016 tot en met 2019 legt de inspecteur navorderingsaanslagen ib op en brengt
belastingrente in rekening. De Belgische fiscus belast de uitkeringen slechts deels.
De discussie gaat over het recht van Nederland om de uitkeringen van Nationale-Nederlanden
te belasten en of de premies destijds fiscaal gefacilieerd waren. Ook speelt de vraag
of er te veel belastingrente voor 2019 is gerekend, omdat de inspecteur een brief
met alle gegevens van de man heeft genegeerd. Pensioen mag in Nederland worden belast Het hof oordeelt dat de inspecteur voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat het pensioen
bij Nationale-Nederlanden als een werkgeverspensioen is opgebouwd. Dit blijkt uit
het polisblad en de wijze waarop Nationale-Nederlanden de uitkeringen behandelt. Fiscale
facilitering in de opbouwfase wordt aangenomen, waardoor Nederland mag belasten. De
man heeft niet met bewijsstukken kunnen onderbouwen dat hij de premies nooit fiscaal
heeft kunnen aftrekken. Het beroep op het niet-aftrekken door gebrek aan fiscale ruimte
wordt onvoldoende onderbouwd. Het hof verklaart het hoger beroep hierover ongegrond. Onzorgvuldigheid inspecteur aanleiding tot lagere rente Voor het jaar 2019 stuurt de oud-apotheker een brief met alle benodigde gegevens,
omdat hij als buitenlands belastingplichtige niet makkelijk elektronisch aangifte
kan doen. De inspecteur doet met deze brief niets en legt pas veel later een aanslag
op. Het hof vindt dat de inspecteur hiermee het zorgvuldigheidsbeginsel heeft geschonden.
Het hof verlaagt daarom de berekende belastingrente voor 2019. Bron: Hof Den Bosch, 30-07-2025.