Inloggen

Archief

Fiscus mag navorderen na geautomatiseerde aanslag

Als de Belastingdienst geautomatiseerd een aanslag oplegt waarbij de aangifte wordt gevolgd, terwijl de belastingplichtige in zijn aangifte een aftrekpost heeft opgevoerd waarvan hij wist dat de inspecteur die niet zou toestaan, is er sprake van een kenbare fout en mag de fiscus een navorderingsaanslag opleggen.
In deze zaak wilde een man de kosten van een civiele procedure om betaalde alimentatie terug te krijgen, als aftrekpost opvoeren in zijn aangifte inkomstenbelasting. De inspecteur deelde hem echter schriftelijk mee dat dit niet kon, maar de man trok deze kosten vervolgens toch af in zijn aangiften over 2012 en 2013. De Belastingdienst legde geautomatiseerd aanslagen op waarin de aangifte werd gevolgd, maar op een later moment legde de inspecteur toch navorderingsaanslagen op. Vervolgens beriep de man zich op het vertrouwensbeginsel, maar de Hoge Raad bepaalde dat er sprake was van een kenbare fout. De inspecteur had duidelijk aangegeven waarom de aftrekpost niet werd toegestaan. Dus toen de aangiften vervolgens werden gevolgd, had de belastingplichtige moeten weten dat de aanslagen te laag waren opgelegd, wat werd veroorzaakt door het feit dat de aanslag geautomatiseerd was opgelegd. In zo’n situatie mag de inspecteur navorderen en kan de belastingplichtige zich niet beroepen op een aan het aanslagbiljet te ontlenen vertrouwen. Bron: Hoge Raad, 7-6-2019

Door verzuimboeten geen strafvervolging

Wanneer een aangifte omzetbelasting niet wordt ingediend legt de Belastingdienst een ambtshalve naheffingsaanslag op. Daarbij legt de inspecteur ook vaak verzuimboetes op voor het niet doen van aangifte en het niet betalen van omzetbelasting. Deze verzuimboetes staan in beginsel aan strafrechtelijke vervolging in de weg. Alleen bij nieuwe bezwaren is strafrechtelijke vervolging mogelijk.
Een bv dient onder meer voor het eerste kwartaal van 2015 geen aangifte omzetbelasting in. De inspecteur legt de bv hiervoor ambtshalve een naheffingsaanslag op met daarbij een verzuimboete van € 50 wegens het niet betalen van de verschuldigde omzetbelasting en een verzuimboete van € 65 voor het niet (tijdig) indienen van de aangifte. De rechtbank meent dat de dga zich schuldig heeft gemaakt aan het feitelijk leiding geven van het niet-doen van aangiften btw door de bv en veroordeelt de dga hiervoor. Tegen dit vonnis gaat de dga in beroep bij Hof Den Bosch. De dga vindt dat de opgelegde verzuimboeten aan strafrechtelijke vervolging in de weg staan. Het hof geeft de dga daarin gelijk. Er is een verzuimboete opgelegd voor het niet doen van aangifte omzetbelasting door de bv. Deze boete is volgens het hof zonder enige twijfel voor hetzelfde feit als waarvoor de dga strafrechtelijk is vervolgd. De verzuimboete voor het niet betalen van de verschuldigde omzetbelasting volgt ook uit het niet doen van de aangifte. Volgens het hof is het niet voldoen van de omzetbelasting en het niet indienen van de aangifte omzetbelasting zodanig met elkaar verbonden dat sprake is van hetzelfde feit. Nu voor hetzelfde feit al een bestuurlijke boete is opgelegd, heeft dit hetzelfde rechtsgevolg als een kennisgeving van niet verdere vervolging. Hierdoor eindigt de zaak. Toch kan de dga strafrechtelijk worden vervolgd voor ditzelfde feit, maar dan moeten er nieuwe bezwaren bekend zijn. Of daarvan sprake is, is hier niet van belang omdat de vereiste machtiging voor een opsporingsonderzoek door de rechter-commissaris ontbreekt. Het OM is daarom niet-ontvankelijk voor strafvervolging voor de dga voor het leiding geven aan het niet doen van de aangifte omzetbelasting over het eerste kwartaal 2015 door de bv. Bron: Hof Den Bosch 4-6-2019

Werkgeversorganisaties blij met breed pensioenakkoord

De gezamenlijke ondernemingsorganisaties zijn verheugd dat het is gelukt om met de vakbonden en het kabinet tot een breed pensioenakkoord te komen. Volgens VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO Nederland zijn er oplossingen gevonden om eerder te kunnen stoppen bij zwaar werk en stijgt de AOW-leeftijd minder snel. Ook ontstaat perspectief op het weer kunnen verhogen van de pensioenen. De maatregelen geven mensen vertrouwen en duidelijkheid. Het pensioenstelsel wordt bovendien eerlijker, transparanter en persoonlijker.
Het belangrijkste is dat de maatregelen voor jong en oud zekerheid en duidelijkheid geven hoe onze samenleving omgaat met de vergrijzing en de oudedagsvoorziening. Dat is maatschappelijke en economische winst die polder en politiek nu gezamenlijk leveren. Het kabinet trekt substantiële middelen uit voor alle maatregelen en dit kan alleen vanwege het feit dat we een zeer concurrerende economie hebben en houden, aldus Hans de Boer, voorzitter VNO-NCW. Jacco Vonhof, voorzitter van MKB-Nederland, is blij dat men na lang onderhandelen tot een akkoord is gekomen waarbij goed rekening is gehouden met MKB-ondernemers en hun medewerkers. Polder en politiek hebben hun verantwoordelijkheid genomen. Met de afspraken wordt het vertrouwen van mensen in het pensioenstelsel weer verstevigd. Volgens Marc Calon, voorzitter LTO Nederland is met dit pensioenakkoord gezamenlijk een mijlpaal bereikt en is de stabiliteit van de toekomstige sociale infrastructuur in Nederland geborgd. Het was een hard, taai en ingewikkeld proces maar het resultaat is een akkoord waar breed draagvlak voor is. Bron: VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO Nederland, 5-6-2019

Bij voltooiing vereffening toetsen op staking onderneming

Bij liquidatie van een onderneming moet de Belastingdienst op het moment dat de vereffening wordt voltooid toetsen of wordt voldaan aan de niet-voortzettingseis, zo blijkt uit een uitspraak van de Hoge Raad.
Als een lichaam wordt geliquideerd, kan de holding het liquidatieverlies aftrekken als de onderneming van het geliquideerde lichaam volledig is gestaakt of door een derde is voortgezet. Dit wordt de niet-voortzettingseis genoemd. Eerder adviseerde Advocaat-Generaal (A-G) Wattel de Hoge Raad om op het moment waarop de vereffening is voltooid te laten toetsen of aan deze eis wordt voldaan. De Hoge Raad volgt dit advies. Volgens de Hoge Raad blijkt uit de wetsgeschiedenis dat de wetgever heeft willen voorkomen dat een concern de mogelijkheden tot verliesverrekening kan verruimen door een onderneming binnen het concern te verplaatsen van het ene lichaam naar het andere. Daarom is een liquidatieverlies pas aftrekbaar als duidelijk is dat de onderneming is gestaakt of is voortgezet door een derde. Volgens de Hoge Raad kan dit het beste worden beoordeeld als de vereffening is voltooid. Bron: Hoge Raad, 7-6-2019

Gemiddelde cao-loonstijging in mei bijna 3%

In mei bedroeg de gemiddelde afgesproken loonstijging 2,96%. Dat en beduidend hoger dan het jaargemiddelde van 2,7% over de eerste drie maanden van 2019 en van 2,3% in 2018. Ook is dit het hoogste maandgemiddelde sinds de financiële crisis van ruim 10 jaar geleden.
In mei zijn dit jaar 26 cao’s afgesloten, terwijl in de afgelopen drie jaar in mei gemiddeld 35 cao’s tot stand kwamen. In de eerste vijf maanden van 2019 zijn in totaal 120 cao’s tot stand gekomen, 30 minder dan het gemiddelde van de afgelopen drie jaar. Dit zijn nog de voorlopige cijfers voor mei; later deze maand volgen de definitieve cijfers. Naar verwachting wordt de lichte achterstand in de loop van dit cao-jaar wordt ingelopen. Traditiegetrouw is juni de drukste maand van cao-onderhandelingen. In 2019 lopen in totaal 425 cao’s af voor 3,1 miljoen werknemers. Daarvan zijn in de eerste vijf maanden 134 vernieuwd. Omdat in 2018 circa 40 afgelopen cao’s niet zijn vernieuwd, kan het aantal nieuwe cao’s in 2019 hoger uitkomen dan 425. Bron: AWVN , 4-6-2019

© lArcade 2024