Inloggen

Archief

Wetsvoorstel rekening-courantmaatregel dga ter consultatie

In september 2018 werd in de aanbiedingsbrief bij het pakket BP 2019 de rekening-courantmaatregel aangekondigd. Het wetsvoorstel (Wet excessief lenen bij de eigen vennootschap) dat de rekening-courantmaatregel moet introduceren is nu aangeboden ter consultatie. Ab-houders moeten volgens de op Prinsjesdag aangekondigde maatregel box 2-belasting betalen voor zover ze meer dan € 500.000 lenen van hun vennootschap.
De voornaamste reden voor het invoeren van deze maatregel is het tegengaan van belastinguitstel en -afstel door ab-houders. Door overtollige gelden als lening aan de eigen vennootschap te onttrekken in plaats van als dividend of loon te genieten, wordt belastingheffing op dat moment voorkomen. Het kabinet sluit met dit wetsvoorstel de belastingheffing aan op het beschikkingsmoment van deze gelden. Ab-houders moeten vanaf de datum van inwerkingtreding van de in dit wetsvoorstel opgenomen maatregelen box 2-belasting betalen over leningen van hun vennootschap voor zover die leningen hoger zijn dan € 500.000. Wanneer een lening een eigenwoningschuld vormt, wordt deze onder bepaalde voorwaarden volledig uitgezonderd. Om te kwalificeren voor de uitzondering van de maatregel moet de schuld in ieder geval voldoen aan de voorwaarden van de eigenwoningregeling in de Wet IB 2001. Daarnaast wordt voor nieuwe eigenwoningschulden ook de voorwaarde gesteld dat de ab-houder een recht van hypotheek verstrekt aan zijn vennootschap. De voorgestelde maatregel heeft alleen gevolgen voor de bepaling van het inkomen uit aanmerkelijk belang in de inkomstenbelasting. In afwijking van de systematiek van de Wet IB 2001, wordt voorgesteld de ab-houder niet individueel maar met zijn partner gezamenlijk in de heffing te betrekken voor hun schulden boven de € 500.000 aan de vennootschap waarin een aanmerkelijk belang wordt gehouden. Alle typen leningen vallen onder de regeling ter bepaling van het totaalbedrag aan schulden. De consultatie staat open tot 1 april 2019. Naar verwachting wordt het wetsvoorstel in de zomer ingediend bij de Tweede Kamer, zodat de maatregelen per 1 januari 2022 in werking kunnen treden. Bron: Internetconsultatie Wet excessief lenen bij de eigen vennootschap, 04-03-2019

De werkgevers roepen vakbonden weer aan tafel voor pensioenakkoord

De werkgeversvoorzitters van VNO-NCW, LTO Nederland en MKB-Nederland roepen in een open brief in het Financieele Dagblad de vakbonden op om weer aan tafel te komen om te onderhandelen over een nieuw pensioenstelsel.
De voor 18 maart aangekondigde stakingen treffen volgens de werkgeversvoorzitters vooral de ondernemers die geen enkele invloed hebben op het kabinetsbeleid en de AOW-leeftijd. Volgens de werkgevers hebben de vakbonden in november een unieke mogelijkheid laten liggen om voor ouderen indexering weer mogelijk te maken, én jongeren de zekerheid van een goed pensioen te geven. Het laatste brandende punt was de AOW-leeftijd. Maar dat is iets waar ondernemers geen enkele invloed op hebben aangezien dat kabinetsbeleid is. Juist in dit versplinterde politieke landschap moet de polder volgens de werkgeversvoorzitters zijn stabiliserende rol vervullen. De oplossing is volgens de werkgevers dat de stijging van de AOW-leeftijd wordt afgevlakt. Dat het eerder stoppen in zware beroepen mogelijk moet worden gemaakt met maatwerk. Dat zzp’ers beter toegang krijgen tot pensioen. Én dat pech- en gelukgeneraties worden voorkomen. Bron: VNO-NCW / MKB-Nederland, 09-03-2019

Omkering bewijslast bij incorrecte administratie

Als de Belastingdienst voldoende bewijst dat een onderneming een incorrecte administratie heeft gevoerd en een onjuiste aangifte heeft ingediend, wordt de bewijslast terecht omgekeerd.
Een Nederlandse broodbakker kocht meel in bij een Belgische groothandel. De Belgische belastingdienst ontdekte dat deze groothandel een schaduwboekhouding voerde, wat er uiteindelijk toe leidde dat aan de Nederlandse broodbakker navorderingsaanslagen inkomstenbelasting werden opgelegd. Volgens de inspecteur had de broodbakker namelijk zwart meel ingekocht bij de Belgische groothandel en dit meel vervolgens gebruikt voor omzet die niet was opgegeven. Het hof oordeelde dat de inspecteur voldoende had bewezen dat de administratie onjuist was. Op de witte facturen in de boekhouding waren namelijk met pen bedragen vermeld die overeenkwamen met de bedragen uit de zwarte boekhouding van de Belgische groothandel. Ook was er regelmatig sprake van negatieve kassaldi, was het brutowinstpercentage opvallend laag én was de omzet te laag in verhouding tot de inzet van het personeel. Daarom werd de bewijslast omgekeerd, waarna de bakker er niet in slaagde om geschikt tegenbewijs te leveren. En omdat het hof vond dat de schatting van de fiscus redelijk was, bleven de opgelegde navorderingsaanslagen gehandhaafd. Bron: Hof Den Bosch, 29-11-2018 (gepubl. 27-2-2019)

Reisdag is een buitenlandse werkdag

Heeft een werknemer ook in het buitenland gewerkt en moet de Belastingdienst hierdoor een vermindering toepassen op de over het loon verschuldigde belasting, dan telt een reisdag als een in het buitenland gewerkte dag.
In deze zaak was een Nederlander in loondienst werkzaam voor een Nederlandse bv. De man werkte in de jaren 2011 tot en met 2014 onder meer op de territoriale wateren van Frans-Guyana. Omdat Frankrijk belasting mocht heffen over het loon voor de arbeid in Frans-Guyana, moest Nederland deze werknemer een voorkoming van dubbele belasting verlenen. In dergelijke gevallen is de hoogte van de betreffende voorkoming afhankelijk van het aantal dagen dat de man in het buitenland heeft gewerkt. De inspecteur telde de reisdagen voor de helft mee, maar de rechtbank constateerde dat de bv de reisdagen – waarop de man in Frans-Guyana aankwam of vanuit Frans-Guyana vertrok – gewoon doorbetaalde. Daarom oordeelde de rechtbank dat de man ook op de reisdagen werkzaam was in Frans-Guyana en dat de reisdagen volledig moesten meetellen bij de berekening van de voorkoming van dubbele belasting. Bron: Rb. Noord-Nederland, 19-2-2019

Herstel dekkingsgraad pensioenfondsen zet door

De gemiddelde dekkingsgraad van de Nederlandse pensioenfondsen is in de tweede maand van 2019 gestegen van 106% naar 108%, zo blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon.
Na maanden van daling liep de rente in februari 2019 weer iets op en ook de aandelenbeurzen noteerden goede rendementen. Het vermogen van pensioenfondsen is in februari verder gestegen. Het herstel op de financiële markten sinds januari zette in februari door, ondanks de Brexit-perikelen en het dalende consumentenvertrouwen. De aandelenmarkten behaalden een rendement van 3%. In het kielzog van de aandelen daalden de kredietopslagen van obligaties. Toch blijft het voor een aantal pensioenfondsen spannend of er eind 2020 of 2021 gekort moet worden op uitkeringen. De rente is op een historisch laag punt en er hoeft maar iets met de aandelen te gebeuren en de fondsen zijn terug in de gevarenzone. Aon waakt voor teveel optimisme. De rente zal voorlopig laag blijven en de verwachtingen voor rendementen op bijvoorbeeld aandelen zijn gematigd. Bron: AON, 01-03-2019

© lArcade 2024