Inloggen

Archief

Onderzoek naar mogelijkheden om kilometers te registreren

In het coalitieakkoord is een systeem aangekondigd van Betalen naar Gebruik (BnG)
voor alle personen- en bestelauto’s. Het kabinet heeft laten onderzoeken hoe de registratie
van kilometers het beste kan plaatsvinden.

In het onderzoek zijn drie oplossingen voor kilometerregistratie in beeld gebracht.

  • Oplossingsrichting 1: vertrouwen op bestaande meetsystemen en registratie daarvan,
    eventueel met extra registratiemomenten.

  • Oplossingsrichting 2: Apparaat in de auto dat de kilometerstand van de auto registreert
    zonder GPS (apparaat is aangesloten op tellerstand en slaat gegevens apart op).

  • Oplossingsrichting 3: Apparaat in de auto dat zelfstandig op basis van GPS het aantal
    gereden kilometers meet, registreert én communiceert.

Het onderzoeksconsortium heeft aanbevolen om een vervolgonderzoek naar oplossingsrichting
1 nader uit te werken. En daarbij dan een gedetailleerder beeld te ontwikkelen van
het potentiële fraudegedrag per risicogroep. Dat moet leiden tot een gerichte set
aan maatregelen op het gebied van controle, toezicht en handhaving binnen oplossingsrichting
1.
Het kabinet zal het vervolgonderzoek begin 2023 laten uitvoeren en de Kamer hierover
in het voorjaar 2023 informeren.

Bron: MvF 19-01-2023

Technische briefing Wet minimumbelasting 2024

De vaste commissie voor Financiën heeft Staatssecretaris Van Rij verzocht de technische
briefing over het wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024 in de openbaarheid te laten
plaatsvinden. De staatssecretaris geeft aan dat dit mogelijk is, maar niet op de geplande
datum van 24 januari 2023.

Toen de staatssecretaris de Tweede Kamer de technische briefing aanbood over het concept
wetsvoorstel Wet minimumbelasting 2024, was er op EU-niveau nog geen akkoord bereikt
over het richtlijnvoorstel pijler 2. Dat akkoord is op 15 december 2022 bereikt.
De staatssecretaris geeft aan dat vanwege het akkoord op EU-niveau hij voornemens
is om het wetsvoorstel voor de implementatie van de richtlijn (Wet minimumbelasting
2024) in het voorjaar 2023 aan te bieden aan de Kamer. De staatssecretaris stelt daarom
voor om de openbare technische briefing na indiening van het wetsvoorstel te houden.
Een openbare technische briefing biedt de mogelijkheid om aandacht te besteden aan
de uitkomsten van relevante werkzaamheden met betrekking tot Pijler 2 op OESO-niveau,
de uitvoeringstoets, het advies van de Raad van State en de door het Centraal Planbureau
gecertificeerde raming.

Bron: MvF 19-01-2023

Door opschortende voorwaarde maar 50% hypotheekrenteaftrek

Het opnemen van een ontbindende in plaats van een opschortende voorwaarde in het echtscheidingsconvenant
kan het verschil maken tussen wel of geen hypotheekrenteaftrek.

Nadat een echtpaar is gescheiden, blijft de vrouw in de echtelijke woning in België
wonen. Het echtscheidingsconvenant bevat een nihilbeding. Dat betekent dat de ex-echtgenoten
van elkaar geen partneralimentatie vorderen. Verder bepaalt het convenant dat de woning
en de hypotheekschuld toekomen aan de vrouw. Dit gebeurt onder de opschortende voorwaarde
dat de bank de man ontslaat van zijn hoofdelijke verplichtingen met betrekking tot
de hypotheekschuld. Deze gebeurtenis vindt plaats in september 2018. Maar de vrouw
betaalt in 2016 al de volledige hypotheekrente. Wanneer zij als kwalificerende buitenlandse
belastingplichtige het hele rentebedrag wil aftrekken, accepteert de Belastingdienst
echter maar de helft van de aftrek.
Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant is dat terecht. De vrouw stelt dat het aandeel
van haar ex-echtgenoot in de economische eigendom van de woning al vóór 2016 onder
ontbindende voorwaarde aan haar is overgedragen. Maar het echtscheidingsconvenant
noemt duidelijk het ontslaan van de hoofdelijke verplichting van de man als een opschortende
voorwaarde. De overdracht vindt daardoor pas plaats als is voldaan aan deze voorwaarde.
De rechtbank vindt het niet aannemelijk dat de ex-echtgenoten eigenlijk iets anders
hebben bedoeld. De vrouw kan evenmin de ene helft van de hypotheekrente aftrekken
als partneralimentatie. Op grond van het nihilbeding in het echtscheidingsconvenant
hoeft zij immers de rente van de man niet te betalen.

Bron: Rb. Zeeland-West-Brabant 05-01-2023 (gepubl. 17-01-2023)

Versoepelingen voor aanvragen subsidies Brexit

De Tijdelijke regeling subsidie gemaakte kosten Brexit Adjustment Reserve en de Tijdelijke
regeling subsidie ondernemingen Brexit Adjustment Reserve bevatten een aantal knelpunten.
Op 15 januari 2023 is een wijzigingsregeling uitgebracht die een aantal knelpunten
in de uitvoering wegneemt.

Vanaf 1 november 2022 zijn de Tijdelijke regeling subsidie gemaakte kosten Brexit
Adjustment Reserve en de Tijdelijk regeling subsidie ondernemingen Brexit Adjustment
Reserve opengesteld. Deze twee subsidieregelingen voor gemaakte en nog te maken kosten
door de Brexit, zijn voor ondernemingen die bestaande economische belangen hebben
in het VK en financieel getroffen zijn door het uittreden van het VK uit de Europese
Unie. De middelen die hiervoor beschikbaar worden gesteld zijn afkomstig van de Brexit
Adjustment Reserve (BAR). De BAR dient ter ondersteuning van de lidstaten, regio’s
en sectoren die het hardst geraakt worden door het uittreden van het VK uit de EU.

Verlenging termijn openstelling en subsidievaststelling Deze wijzigingsregeling verlengt de openstellingstermijn en de termijn voor het indienen
van een aanvraag voor subsidievaststelling voor in de Tijdelijke regeling subsidie
ondernemingen Brexit Adjustment Reserve opgenomen subsidiemodules. Verschillende brancheorganisaties
hebben aangegeven dat de regeling onbekend is of onduidelijk is of ondernemingen in
aanmerking komen voor subsidies en voor welke subsidiemogelijkheden. Door de verlenging
van de openstellingstermijn krijgen ondernemingen meer tijd om een aanvraag voor de
regeling voor te bereiden. Naast de verlenging van de openstellingstermijn, zijn ook
de termijnen voor het indienen van een aanvraag tot subsidievaststelling verlengd.
De aanvraag voor tegemoetkoming van nog te maken kosten is op 13 januari 2023 gesloten.
De subsidie voor al gemaakte kosten moet voor 31 maart 2023 worden aangevraagd.

Vermindering over te leggen informatie In beide subsidieregelingen is opgenomen dat aanvragers bepaalde gegevens moeten aanleveren
die nodig zijn om een aanvraag te kunnen beoordelen. Met de wijzigingsregeling komen
enkele van deze informatieverplichtingen te vervallen die in bepaalde gevallen ten
overvloede zijn opgenomen in de subsidieregelingen.
De regeling is op 18 januari 2023 in werking getreden en werkt terug tot 1 november
2022.

Bron: Min. EZK 15-01-2023, nr. WJZ/25627465

Instructie insturen correcties voor loonaangiften 2022

Als inhoudingsplichtigen hun losse correctieberichten loonheffingen 2022 vóór 1 februari
2023 insturen kan dit tot verwerkingsproblemen bij de Belastingdienst leiden, waardoor
inhoudingsplichtigen het risico lopen op onterechte naheffingen of onterechte terugbetalingen.

Moet een inhoudingsplichtige over het laatste aangiftetijdvak 2022 nog aangifte loonheffingen
doen? Verstuur dan pas een los correctiebericht over 2022 als de uiterste aangiftetermijn
van het laatste tijdvak is verstreken.
Als de inhoudingsplichtige in januari een aangifte over 2022 wil corrigeren, dan moet
de inhoudingsplichtige een correctiebericht meesturen bij de aangifte loonheffingen
van december 2022. Dit kan tot 1 februari 2023. Wenst de inhoudingsplichtige in januari
2023 de aangifte van december 2022 te corrigeren? Dan moet de inhoudingsplichtige
een nieuwe of aanvullende aangifte indienen. Dit kan de inhoudingsplichtige niet met
een correctiebericht doen, omdat de uiterste aangiftetermijn in januari 2023 nog niet
is verstreken.

Indienen losse correctieberichten Vanaf 1 februari 2023 kan de inhoudingsplichtige de loonaangiften van het vorige kalenderjaar
corrigeren via losse correctieberichten. Als de inhoudingsplichtige meerdere tijdvakken
wil corrigeren, dan heeft het de voorkeur om alle correcties in één correctiebericht
te verwerken. De inhoudingsplichtige ontvangt dan één bericht van de Belastingdienst
waarin alle tijdvakken verwerkt zijn.

Onterecht losse correctie Als de inhoudingsplichtige in januari toch een losse correctie heeft verstuurd, dan
kan de inhoudingsplichtige dit herstellen door de correctie alsnog mee te sturen met
de aangifte van december 2022. Vragen hierover kan de inhoudingsplichtige stellen
bij zijn of haar softwareleverancier.

Let op! Het is alleen mogelijk een correctiebericht in te sturen als eerder een aangifte
over het tijdvak is ingediend.

Meer informatie: paragraaf 14.2.4 Handboek Loonheffingen.

Bron: Forum Fiscaal Dienstverleners 16-01-2023

© lArcade 2024