Inloggen

Archief

In opdracht verrichte medische verzorging is vrijgesteld van btw

De staatssecretaris van Financiën heeft aangegeven dat zzp’ers en maatschappen die op grond van een overeenkomst van opdracht gezondheidskundige diensten verrichten vanaf 13 juni 2014 zijn vrijgesteld van btw. Het moet daarbij gaan om werkzaamheden die vallen binnen de uitoefening van de werkzaamheden als individuele Wet BIG-beroepsbeoefenaar.
Op 13 juni 2014 oordeelde de Hoge Raad in twee arresten dat de diensten die worden verricht door een maatschap van operatieassistenten en anesthesiemedewerkers en diensten die worden verricht door zelfstandig werkende anesthesiemedewerker op grond van een overeenkomst van opdracht zijn vrijgesteld van btw. De werkzaamheden vormen naar hun aard een wezenlijk, inherent en onafscheidbaar deel van aan patiënten geboden medische verzorging (chirurgie). Er is in beide gevallen geen sprake van het ter beschikking stellen of uitlenen van personeel of arbeidskrachten. Ook is er in beide gevallen geen sprake van een arbeidsovereenkomst met het ziekenhuis of enig andere juridische band waaruit een verhouding van ondergeschiktheid ontstaat ten aanzien van arbeids- en bezoldigingsvoorwaarden. Door de arresten van de Hoge Raad is de behandeling van zzp’ers en maatschappen die op grond van een overeenkomst van opdracht gezondheidskundige diensten verrichten fundamenteel gewijzigd. Vanaf datum van dit arrest zijn zzp’ers en maatschappen vrijgesteld van btw voor alle werkzaamheden die vallen binnen de uitoefening van werkzaamheden als individuele Wet BIG beroepsbeoefenaar of gezondheidskundige diensten, die naar hun aard een wezenlijk, inherent en onafscheidbaar deel vormt van door ziekenhuizen aan patiënten geboden vrijgestelde medische verzorging. Voorwaarde voor de btw-vrijstelling is dat geen sprake is van een uitleenovereenkomst, dienstbetrekking van degenen die het werk verrichten bij het ziekenhuis of van enige andere juridische band tussen de maatschap en, of de maten of werknemers van de maatschap waaruit toch een verhouding van ondergeschiktheid bestaat ten aanzien van arbeids- en bezoldigingsvoorwaarden tegenover het ziekenhuis/verzorgingsinstelling. Overigens geeft de staatssecretaris expliciet aan dat de vrijstelling niet geldt voor uitzendbureaus die medisch personeel uitlenen. De Belastingdienst zal belastingplichtigen vanaf 13 juni 2014 conform de vrijstelling behandelen. Als al eerder tijdig bezwaar en beroep is aangetekend tegen de btw-plicht en dit bezwaar en/of beroep is nog niet definitief afgedaan, dan worden deze belastingplichtigen vanaf de datum van hun bezwaar vrijgesteld van btw. Bron: MvF 09-07-2014, brief over diverse btw-onderwerpen

Inkeerregeling levert € 900 miljoen op

Zo’n 12.000 mensen hebben gebruik gemaakt van de versoepelde inkeerregeling om verzwegen vermogen boetevrij te melden bij de Belastingdienst. Op de laatste dag meldden zich nog ruim 1.200 mensen.
Tussen 2 september 2013 en 1 juli 2014 gold een versoepelde inkeerregeling voor mensen die in binnen- of buitenland vermogen hadden verborgen. Bij melding tijdens deze periode hoefde men geen boete te betalen over de ontdoken belasting. Op basis van ervaringscijfers van de afgelopen jaren schat men dat de versoepelde inkeerregeling zo’n € 900 miljoen opbrengt. De exacte opbrengst is in de loop van volgend jaar bekend. Bij de start van de versoepelde regeling meldden zich dagelijks zo’n 20 inkeerders bij de Belastingdienst. Bij het naderen van de einddatum liep dat aantal op naar 200 per dag. Op de laatste dag meldden zich zelfs nog 1.200 inkeerders. Bijna 90% van het totaal aantal inkeerders was ouder dan 50 jaar. De meest gehoorde reden om in te keren is dat mensen af willen van de steen in hun maag. Ook het feit dat landen (zoals Luxemburg en Zwitserland) hun bankgeheim opheffen of overgaan tot automatische gegevensuitwisseling is een reden voor mensen om gebruik te maken van de regeling. De boete bij het inkeren van vermogens bedraagt sinds 1 juli 2014 30% van de ontdoken belasting. Vanaf 1 juli 2015 wordt deze boete verhoogd naar 60%. Mensen die niet vrijwillig inkeren en tegen de lamp lopen, riskeren een boete die kan oplopen tot 300%. Bron: MvF 15-07-2014

Actieplan MKB-financiering

De ministers van Economische Zaken en Financiën hebben in brief aan de Tweede Kamer een Aanvullend Actieplan Mkb-Financiering gepresenteerd. Het kabinet vindt het belangrijk dat er ook in de voorzichtig aantrekkende economie voldoende financiering beschikbaar is voor het mkb met een gezond bedrijfsplan.
Uit onderzoek is gebleken dat het mkb dat financiering zoekt vaak een zwakke financiële positie heeft, dat voor banken het risico op mkb-financiering is toegenomen en dat er onvoldoende alternatieven zijn om de terugval in bancaire kredieten aan te vullen. Het kabinet neemt daarom een aantal maatregelen. Doorontwikkelen van een markt voor eigen vermogen. Het kabinet zal marktpartijen ondersteunen bij het oprichten van een achtergestelde leningenfonds (AGL-fonds) en een extra impuls van € 100 miljoen via het Dutch Venture Initiative (DVI) geven aan investeringen via business angels en participatiemaatschappijen. Daarnaast is per 1 juli 2014 een nieuwe permanente regeling voor Vroege fase financiering aan innovatieve starters en kleine bedrijven opengesteld. Verbreden van het financieringsaanbod. Het kabinet heeft al ondersteunende maatregelen genomen om het financieringsaanbod te verbreden, zoals pilots met Kredietunies, de promotie van crowdfunding en steun aan de mkb-beurs NPEX. Daarnaast zal het kabinet een aantal nieuwe marktinitiatieven via garanties een steun in de rug geven, het dienstenportfolio van Qredits uitbouwen en acties starten gericht op ‘ketenfinanciering’. Betere marktwerking mkb-financiering en verder verbeteren overheidsinstrumenten. Naast lopende acties zoals het Kredietpaspoort, neemt het kabinet het initiatief om de informatie over kredietwaardigheid van het mkb te verbeteren en te ontsluiten. Met de betrokken partijen uit het mkb zal binnen een half jaar een plan worden uitgewerkt dat voortbouwt op Standard Business Reporting (SBR).Daarnaast wil het kabinet de ambitie van het kleinbedrijf verhogen en de groeivaardigheden verbeteren. Daarnaast worden de bestaande financieringsinstrumenten verbeterd. Bron: Min. EZ 08-07-2014, Kamerbrief Aanvullend Actieplan Mkb-financiering

Cao-afspraken in 2013

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de inhoudelijke ontwikkelingen van cao’s in 2013 op een aantal terreinen onderzocht. Minister Asscher heeft dit rapport naar de Tweede Kamer gestuurd.
Het rapport geeft voor 2013 de stand van zaken in cao’s weer met betrekking tot de contractloonontwikkeling, de onderkant van het loongebouw, doorgroei in loonschalen, afstand tot de arbeidsmarkt, normale arbeidsduur, bovenwettelijke aanvullingen bij ziekte, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid, flexibele beloning en flexibele arbeidsrelaties. In het onderzoek zijn 100 cao’s betrokken die goed zijn voor 86% van de werknemers die onder een cao vallen. De totale contractloonmutatie bedraagt in 2013 gemiddeld 1,5%. In vergelijking met 2012 ligt de gemiddelde contractloonmutatie in 2013 daarmee 0,1%-punt lager. In de sectoren markt en zorg ligt de contractsverhoging op hetzelfde niveau als in 2012, in de sectoren vervoer en communicatie is de stijging het hoogst (2,7%) en in de horeca het laagst (1,1%). In de sector overheid is de stijging 0,6% maar is er voor nog relatief weinig werknemers een cao afgesloten. Rekeninghoudend met overloopeffecten uit vorige jaren is de gemiddelde contractloonmutatie 1,6%. Daar de inflatie in 2013 2,5% bedraagt, ligt de gemiddelde contractloonstijging onder het inflatieniveau. In het rapport is een cijfermatig overzicht opgenomen van de aantallen standaard- en minimum cao’s en welke percentages het betreft. Uit het overzicht blijkt dat een klein deel (15) van de onderzochte cao’s een expliciet standaardkarakter heeft en een aanmerkelijk groter deel een expliciet minimum karakter (46) of een mengvorm van standaard en minimum (9). De moties van diverse Kamerleden heeft minister Asscher geagendeerd voor een overleg met de sociale partners. Het gaat om de bevordering van duurzame inzetbaarheid en een leeftijdsbewust personeelsbeleid. Gebleken is dat hier minder aandacht voor was. In een tweede motie wordt de regering gevraagd zich er hard voor te maken dat zzp'ers niet meer generiek in cao's worden uitgesloten. De sector-cao die aanleiding was voor deze motie was naar de bedoeling van partijen geen sprake van generieke uitzondering van zzp’ers. In de nieuwe sector-cao is dit nader uitgelegd. Momenteel zijn geen bepalingen algemeen verbindend verklaard waarin een generieke uitsluiting van zzp’ers is opgenomen. Ook heeft de minister naar de sociale partners toe aangegeven dat het niet de bedoeling is dat niet-vakbondsleden in sommige cao’s en sociale plannen worden benadeeld doordat uitsluitend vakbondsleden recht hebben op bijvoorbeeld een extra vrije dag of extra geld voor scholing. Dergelijke bepalingen zijn niet voor avv vatbaar. Bron: Min. SZW 08-07-2014

Subsidie voor duurzame inzetbaarheid werknemers

Staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een aantal wijzigingen aangebracht in de ESF-subsidie. Zo wordt 22 miljoen vrijgemaakt voor projecten om werknemers gezonder en langer aan het werk te houden. De staatssecretaris hoopt dat met name het midden- en kleinbedrijf hier haar voordeel mee doet.
Het midden- en kleinbedrijf (MKB) kan een stimulans inzake duurzame inzetbaarheid gebruiken, maar ook middelgrote bedrijven in de (non)-profit sector kunnen hiervoor in aanmerking komen. Bedrijven kunnen 50% subsidie ontvangen voor kleinschalige projecten van maximaal € 20.000. Projecten kunnen betrekking hebben op maatregelen om de gezondheid en vitaliteit van medewerkers te bevorderen. Ook initiatieven om de interne en externe mobiliteit te bevorderen, zodat werknemers aantrekkelijk kunnen blijven voor de organisatie en de arbeidsmarkt, behoren hiertoe. En onderzoeken om medewerkers actief te betrekken bij de verbetering van de organisatie van het werk. Van 15 oktober 2014 tot en met 7 november 2014 kunnen bedrijven maximaal € 10.000 subsidie aanvragen op basis van 50% cofinanciering voor onderstaande thema’s: het maken van een bedrijfs- of organisatiescan; het uitvoeren van (periodiek) onderzoek naar duurzame inzetbaarheid van werknemers; het bevorderen van gezond en veilig werken; het bevorderen van een leercultuur voor werknemers; het in dialoog met medewerkers aanpassen van de organisatie van het werk gericht op het verhogen van de betrokkenheid en productiviteit; het stimuleren van interne en externe mobiliteit van werknemers, waaronder het begeleiden van werknemers naar ondernemerschap; het bevorderen van een flexibele werkcultuur met oog op het beter kunnen combineren van arbeid en zorg; het invoeren van arbeidstijdenmanagement. Bron: Min SZW, 9-07-2014

© lArcade 2024